Het zit ‘m in de kleine dingen. De kleine stapjes
vooruit, de kleine successen. Maar als je ergens zo diep middenin zit, zoals ik
in het proces van Vasek, dan zie je die kleine vorderingen niet altijd meteen.
Dan heb je soms misschien zelfs het gevoel dat je stilstaat. Tot je even
afstand neemt en terugdenkt aan de begintijd, aan de eerste voorzichtige
stappen die je samen hebt gezet. Pas dan valt je het enorme verschil op. En pas
dan realiseer je je soms ineens ook dat er dingen zijn gebeurd die je - op het
moment dat ze gebeurden – echt niet op waarde hebt geschat.
Het aanlijnen van Vasek gaat, met gebruikmaking van
zijn speeltje, gewoon goed. Dat is echt geen enkel probleem meer, zodanig zelfs
dat ik er niet eens meer over nadenk als ik hem uit zijn kennel of van de wei
haal. Geen nanoseconde twijfel meer. Het gaat vanzelf. Om de lat toch steeds
een beetje hoger te leggen, oefenen we op de wei sinds een half jaar ofzo dan
ook het aanlijnen zonder speeltje. Dat valt nog niet mee… Niet omdat Vasek
lelijk doet, snauwt of zijn tanden laat zien. Maar omdat de ‘aanlijnprocedure’
die we samen hebben bedacht [riem = speeltje pakken en aanlijnen] zó in zijn
bol zit, dat ik gewoon de kans bijna niet krijg om de riem vast te maken zonder
dat hij zijn speeltje in zijn mond heeft. Zodra hij ziet dat ik de riem pak,
pakt hij zijn speeltje. En als ik zijn speeltje wegleg of verstop, dan loopt
hij er zo wanhopig naar te zoeken als ik de riem pak, dat ik gewoon medelijden
met hem krijg. Ook niet echt een optie dus. Het nadeel van onze succesvolle
aanpak, haha. Dus heb ik maandenlang geprobeerd hem zo ver te krijgen dat hij
zijn speeltje weer los laat en laat liggen en naar me toe komt, zodat ik hem
zonder speeltje kan aanlijnen. Door hem snoepjes aan te bieden, door te
proberen het speeltje van hem af te pakken, door eerst even samen een rondje
door de wei te lopen, zodat hij door kreeg dat we nog niet van de wei afgingen
(want daarmee associeert hij natuurlijk de riem), door hem aan te lijnen (met
speeltje), een rondje door de wei te lopen en weer af te lijnen, etc. etc.. Alles
met alleen maar het doel om eindelijk aan de échte oefening te kunnen beginnen:
het aanlijnen zonder speeltje en het aflijnen zonder dentastix. Het moet er
soms best komisch uitgezien hebben denk ik.
Een week of twee geleden waren we weer met diezelfde
oefening bezig. Ik pakte de riem, Vasek pakte zijn speeltje, ik deed alsof ik
zijn speeltje wilde afpakken, hij rende steeds speels een meter of wat bij me
vandaan en kwam dan weer terug, ik zei ‘kom, we gaan beginnen’, Vasek kwam, ik
pakte zijn speeltje vast en zei ‘los’, Vasek liet zijn speeltje los, ik legde
het aan de kant en ben met de ‘aanlijnoefening zonder speeltje begonnen’. De oefening ging goed. Vasek laat zich
inmiddels op de wei heel goed – vrij rustig zelfs – aanlijnen zonder speeltje
en aflijnen zonder dentastix. Uiteraard krijgt hij wel gewone snoepjes als
beloning. Pas toen ik even later buiten de wei met een collega die had staan
kijken over Vaseks vorderingen op aan- en aflijngebied sprak, realiseerde ik me
ineens wat hij in de afgelopen maanden – helemaal uit zichzelf! – eigenlijk
allemaal nog meer had geleerd. Vasek speelde met me! Hij vond het heel leuk als
ik deed alsof ik zijn speeltje wilde afpakken. Hij daagde me uit, rende vrolijk
om me heen en genoot. Vasek luisterde naar me! Als ik hem uiteindelijk bij me
riep, kwam hij. En Vasek liet op commando zijn geliefde en voorheen zwaar
bewaakte speeltje los! Een jaar geleden was dat allemaal écht ondenkbaar
geweest. Ik had niet trotser kunnen zijn toen dat besef écht goed tot me
doordrong. Het emotioneert me nu nog. Wat een geweldig en slim ventje is het
toch…
Sinds een paar maanden oefenen we ook op het ‘normaal’
aanpakken van snoepjes. Niet meer op de platte hand, zoals bij een paard, maar
gewoon uit de vingers, zoals bij een goed opgevoede hond. ;-) We zitten nu op
het formaat dikke erwt. Gewoon een klein hondensnoepje dus. En dat gaat de ene
keer beter dan de andere. Hij kan het uitstekend, maar heeft soms gewoon het
geduld niet om het snoepje heel rustig uit je vingers te pakken. Toch heb ik gedurende
het hele traject nog niet één krasje opgelopen. Zo af en toe voel ik zijn
tanden, dan corrigeer ik hem en zeg ‘zachtjes’. Geloof het of niet, maar dat
begrijpt hij. Om hem uit te dagen, maak ik het volgende snoepje dan nog
kleiner. Negen van de tien keer doet ie het dan echt perfect. Pakt het snoepje
zo zachtjes uit mijn vingers, dat ik echt nauwelijks iets voel. En dan te
bedenken dat hij anderhalf jaar geleden – terwijl het snoepje op je platte hand
lag – op je hand aanviel en ‘m bijna, met snoepje en al, opvrat. De knapperd.
:-)
Eén van zijn favoriete bezigheden: spelen met water! |
In het afgelopen half jaar heeft Vasek best wat
bezoekers gehad, zeker vier of vijf. Potentiële baasjes. Helaas hebben we ze na
de eerste kennismaking niet meer terug gezien. Zoals ik eerder ook al zei:
aangesproken door zijn trieste verhaal, afgeschrikt door de ruwe werkelijkheid.
Meestal word ik door de beheerster gebeld of gemaild met de mededeling dat er
interesse is in Vasek, zodat ik er bij kan zijn als de mensen in kwestie komen
en ze goed voor kan lichten over de hond in kwestie. ;-) En hoewel ik echt
absoluut niets liever zou willen dan dat mijn allerliefste knuffel met
gebruiksaanwijzing een warm thuis krijgt, is mijn primaire reactie op zo’n
telefoontje of mailtje er altijd één van schrik. Het bloed stijgt onmiddellijk
naar mijn hoofd, ik krijg het vreselijk heet en mijn hart klopt in mijn keel.
De angst voor een mogelijk afscheid. Dat overweldigende gevoel duurt gelukkig
nooit lang; een seconde, hooguit twee. Dan neemt mijn realistische,
niet-egoïstische kant het weer over en kan ik het belang van Vasek weer boven
dat van mezelf stellen. Want hoewel een scheiding voor mij echt niet lang
genoeg weg kan blijven, kan die voor Vasek natuurlijk niet snel genoeg komen.
Dus ontvangen we weer vol goede moed de zoveelste nieuwe, potentiële baasjes. Meestal
gedraagt Vasek zich, voor zijn doen, voorbeeldig tijdens die bezoeken. Hij
accepteert de voor hem vreemde mensen zonder problemen op de wei, besnuffelt ze
nieuwsgierig en negeert ze vervolgens, laat zich door mij (ondanks de vreemde
pottenkijkers) goed aaien en knuffelen om het potentiële baasje een kijkje in
de toekomst te gunnen en pakt zelfs keurig – van de platte hand – een snoepje
aan van zijn bezoekers. Toch zijn de verwachtingen blijkbaar keer op keer te
hoog gespannen. Geen uitgestoken handen, niet aanhalen, aanraken of aaien
blijkt toch, voor de meesten, te veel gevraagd. Ook al is ze dit duidelijk voor
het bezoek verteld. Degenen die het – ondanks mijn advies - toch proberen
worden gebeten, degenen die het niet proberen hadden verwacht het – ondanks
zijn verhaal – toch te kunnen en te mogen. Het blijft blijkbaar heel erg
moeilijk om op basis van verhalen en adviezen te geloven of aan te nemen dat
Vasek een ‘(voor vreemden erg) lastig hondje’ is, zonder het zelf écht ervaren
te hebben. En dat snap ik ergens ook best. Het nieuwe baasje van Vasek heeft
alleen geen keus, hij of zij zal het wel moeten geloven en moeten aannemen.
Alleen dan is er namelijk een goede kans op een succesvolle relatie.
Vasek geeft meestal zelf wel aan of hij een potentiële
match ziet met zijn bezoekers of niet. Toch doet hij dat zelden zo duidelijk
als bij de laatste twee bezoeken. Bezoek 1, een week of vijf geleden, een
meisje van begin twintig met haar ouders. Dochter woonde nog thuis, maar Vasek
zou wel ‘van haar’ worden. De normale procedure is dat ik Vasek op de wei zet
en vervolgens een uitgebreid gesprek heb met de mensen buiten de wei. Zo kunnen
we rustig de belangrijkste dingen bespreken, leer ik de mensen en vooral hun
behoeften, eisen en verwachtingen kennen en kan Vasek eerst even zijn energie
kwijt. Daarna volgt de confrontatie met ‘het monstertje’ op de wei. :-) Na een
kwartier ofzo wist ik eigenlijk al wel dat het ook deze keer niet ging lukken. Het
was echt een ontzettend leuk gezin, hele lieve mensen. Ik vreesde alleen dat ze
voor een hondje als Vasek te onervaren, te naïef waren. Bij Vasek is boekenwijsheid
niet zo heel veel waard. Bij een hondje als Vasek moet je echt vooral varen op
je ervaring, gevoel en intuïtie. En ervaring met een bang hondje (dat niet
bijt) alleen, is helaas onvoldoende. Je moet ook om kunnen gaan met zijn
agressie, onzekerheid en tikje dominante gedrag.
Toch wilde ik ze graag het voordeel van de twijfel
geven en na even besloot ik dan ook dat het tijd was om de wei op te gaan. Vader
had aangepast schoeisel en een kruk. Daar voorzag ik – met de oude voetenangst
van Vasek - wel wat problemen. Dus gewaarschuwd betrad het drietal de wei. Wat
ik gevreesd had, gebeurde. Vasek reageerde erg fel op de voeten en kruk van
meneer. De reactie van vader was echter perfect. Hij bleef heel rustig staan,
zei niets en deed niets. En na een kleine correctie van mijn kant, was de licht-agressieve
interesse van Vasek in vaders voeten gelukkig snel voorbij. Een paar minuten
later is meneer rustig van de wei afgegaan. Vasek was weer in normale doen, zo
leek het althans. Hij maakte een kort rondje door de wei en besnuffelde vervolgens
nieuwsgierig moeder en dochter. Vanaf dat moment week hij echter geen seconde
meer van mijn zijde. Hij leek wel aan me vastgeplakt te zitten. Waar ik was,
was Vasek. Normaal loopt hij voortdurend door de wei, snuffelt wat met de
ezels, blaft een keer naar de zwerfkatjes, doet links en rechts een plasje en
komt zo af en toe bij me voor een aai en een knuffel. Nu niet. Niks van dat
alles. Vasek zat aan mij voeten en als ik door mijn knieën ging, kroop hij snel
tussen mijn benen, duwde zijn lijfje heel dicht tegen me aan en keek in één
staar omhoog, naar mij. Moeder en dochter vonden het aandoenlijk. Ik ook, maar
ik vond het vooral opvallend. Ik begrijp nog steeds niet helemaal waar zijn
gedrag van dat moment vandaan kwam. Maar het was voor mij wel duidelijk dat hij
niet weg wilde en dat er wat hem betreft geen match was. Uiteindelijk heeft
dochterlief besloten dat een hondje als Vasek waarschijnlijk toch nog iets te
hoog gegrepen was. Ze ging op zoek naar een iets gemakkelijker hondje. Een
verstandige beslissing. Waar ze - en daar ben ik 100% van overtuigd - dat andere,
iets makkelijkere, hondje echt dolgelukkig mee zal maken. Die viervoeter komt
in een warm nest terecht.
Toegegeven... het ziet er best indrukwekkend uit. En hier is ie niet eens boos! :-) |
Bezoek 2, een week later, een vrouw van halverwege de
30 schat ik. Ze was daags daarvoor al naar de honden komen kijken en, naar
eigen zeggen, dolverliefd geworden op Vasek. Ik was daar niet bij geweest en
dus kwam ze terug voor een uitgebreide kennismaking. Dit keer was ze niet
alleen, haar ouders waren er ook bij. Die moesten, als zij niet thuis was,
Vasek uitlaten, dus ook hun mening telde. Al toen ik me voorstelde en zei dat
ik Vasek uit de kennel ging halen en op de wei zou zetten, zodat we daarna
rustig konden praten, voelde ik aan alles dat de heftige liefde van een dag
eerder over was. Het lag niet aan wat ze zei, maar wel aan de manier waarop en
hoe ze keek en zich gedroeg. Lichaamstaal zegt nou eenmaal vaak veel meer dan
woorden. Ik besloot het even te negeren en ben Vasek gaan halen. Vader, moeder
en dochter gingen naar buiten. Vasek gedroeg zich normaal, had zijn speeltje in
zijn mond en was enthousiast. Hij wilde zo snel mogelijk naar de wei. Toen ik
met hem langs zijn bezoekers liep, reageerde vader onmiddellijk uitermate
negatief. ‘Oh nee, da’s niks. Aan zoiets moet je niet beginnen. Die’s vals.
Jaaaa, bij haar gedraagt ie zich wel, maar neeejuh niet doen. Wordt nooit iets.
Laat die maar lekker hier zitten.’ En meer van gelijke strekking. Voor de
duidelijkheid, met ‘haar’ bedoelde vader dus mij. Hij had Vasek nog geen minuut
gezien, het manneke stond nog niet eens op de wei. Vasek was hartstikke vrolijk
op dat moment. Ik kon de reactie totaal niet plaatsen. Nou heb ik mensen
(natuurlijk) wel vaker negatief over Vasek horen praten. Vaak begrijp ik het
zelfs wel een beetje, maar meestal gaat het het ene oor in en het andere uit.
Nu werd ik boos. Ik heb niks laten merken, maar ik was echt boos. En
teleurgesteld en gekwetst. Hoe haalde hij het in zijn hoofd om ‘mijn’ Vasek zó
af te kraken!? Zonder dat hij ook maar iets van hem had gezien. Dochter
reageerde niet en dat zei mij genoeg. Hier speelde meer.
Ik had vanaf dat moment helemaal geen zin meer om nog
mijn best te doen, om te proberen ze te laten inzien dat ze het niet bij het
rechte eind hadden. Het zou gegarandeerd één lange afkraaksessie gaan worden en
daar paste ik voor. Ik heb niks gezegd en Vasek op de wei gezet. Kon ie lekker
even rennen en kreeg ie hopelijk niets mee van de negatieve sfeer die er hing.
Vaders mening was heel belangrijk, zei dochter. En ze had gisteren van twee
mensen die zelf ook in een asiel werkten – dus niet de eerste de beste zei ze –
ook al gehoord dat ze het echt niet moest doen, dat er ‘met zo’n hond niks te
beginnen was‘. Ik vraag me af in welk asiel die mensen werken… Van
asielmedewerkers, die Vasek niet kennen, hem nog nooit gezien hebben, nog niet
eens iemand gesproken hebben die hem wel kent, had ik toch echt iets meer
verwacht. Ik heb alleen gezegd ‘prima, ik denk dat je inderdaad beter een ander
hondje kunt nemen’. Vasek was ondertussen naar het hek van de wei gekomen.
Vader zette één stap in zijn richting (er zat nog zeker een meter of vijf
tussen hem en het hek) en Vasek trok van leer. Jemig, wat ging die tekeer. Zo
agressief heb ik hem al heel, heel erg lang niet meer gezien, ik zou er bijna
zelf bang van zijn geworden. Tja, zal Vasek gedacht hebben, als je mij vals
noemt, kun je ‘m krijgen ook. Bij de dochter had hij dezelfde reactie. Pas toen
ik zijn naam noemde en een stap in zijn richting zette stopte hij, keek me
vrolijk aan en rende enthousiast de wei in. Alsof er zojuist niks gebeurd was.
Dit tafereel herhaalde zich nog zeker twee keer. Vader hoefde alleen maar zijn
kant op te kijken en Vasek ging los. Nee, duidelijk geen match. Vasek had de
bijzonder negatieve energie van vooral vader haarfijn opgepikt en daar
reageerde hij op. Begrijp me niet verkeerd, ik was niet trots op zijn gedrag,
maar ik begreep het wel. Vader, moeder, dochter en ik hebben afscheid genomen.
Ze wilden graag nog even naar de andere honden kijken. Ik heb ze netjes naar
een van mijn collega’s gebracht om ze rond te leiden. Ik had helaas geen tijd
meer. ;-) Waarschijnlijk niet heel erg professioneel, maar ik had op dat moment
vooral behoefte aan een dikke knuffel van Vasek. Even lekker gek doen op de
wei, samen spelen. Ik wilde hem laten weten en voelen dat ik hem wel
fantastisch vind. Al heb ik zo’n vermoeden dat ie dat inmiddels echt wel weet. :-)