Vanaf
het moment dat Vasek eindelijk een normaal halsbandje omhad, ben ik intensief
gaan oefenen op het aan- en aflijnen. Ik wilde er eerst voor zorgen dat hij de
riem niet meer als iets 'engs' zag. Hij moest 'm gaan associëren met iets
positiefs. Voor Vasek is eten echt dé motivatie om dingen te doen die je van
hem vraagt, dus de keuze was snel gemaakt. Een week of twee heb ik steeds de
riem op de grond gelegd en er stukjes kaas (en later gewone snoepjes) tussen
gelegd. Kaas vindt hij extreem lekker. Ik gebruikte het niet vaak, meestal
alleen om hem bij nieuwe uitdagingen over de drempel te krijgen. Zo ook deze
keer. En het werkte. Gelukkig is Vasek echt dol op lekker eten, dat maakt het
allemaal nét iets gemakkelijker. :-)
Bij
de eerste 'riem-met-kaas-oefeningen' aarzelde hij. Ik zag dat hij de kaas heel
graag wilde, maar hij vertrouwde het gewoon niet helemaal. Hij stond een beetje
opgewonden een centimeter of 50 voor de riem op en neer te wippen en keek me
ondertussen vragend en een beetje verontwaardigd aan. "Wat zit je daar nou
zo stom te zitten vrouw. Geef me die kaas nou gewoon!" Haha, dat heeft ie
beslist gedacht! Om hem een beetje op weg te helpen, heb ik hem met een paar hele
kleine stukjes kaas, die ik net buiten de riem had gelegd, gelokt. Bingo! Twee
keer heb ik hem op die manier moeten 'helpen'. Vanaf poging drie had hij er
totaal geen moeite meer mee om de stukjes kaas, en later de snoepjes, tussen de
riem uit te vissen.
De
volgende weken heb ik bij alles wat ik deed de riem meegenomen. Als Vasek op
schoot kwam, moest hij op de riem gaan liggen, als we samen een rondje door de
wei liepen - met snoepjes 'volgt' ie als de beste ;-) – liet ik de riem langs
mijn been hangen en als ik hem aaide deed ik dat met de riem. De riem werd als
het ware een verlengstuk van mij en langzaam maar zeker reageerde hij steeds
minder fel als hij hem zag. Opgewonden, dat wel, maar niet meer agressief. Stapje
voor stapje hebben we het vertrouwen opgebouwd en de oefeningen steeds verder
uitgebreid. In eerste instantie lijnde ik hem vooral aan als hij bij mij op
schoot zat. Dat was, net als eerder met het halsbandje, gewoon het makkelijkste
moment. Vaak had hij niet eens door dat ik hem de riem om had gedaan en was hij
heel verbaasd als hij van schoot afging en aan mij 'vast' bleek te zitten. De
riem afdoen deden we op dezelfde (ik geef het toe: stiekeme) manier. Of ik het
allemaal 'volgens het boekje' deed? Ik weet het niet, waarschijnlijk niet. Maar
eerlijk gezegd maakte ik me daar ook niet druk om. Ik heb gelukkig wel
collega's met verstand van zaken en daar sprak ik regelmatig mee. Want ook al interesseerde
het me niet zo of ik het allemaal 'goed' deed, het moest natuurlijk wel werken
én het moest zeker geen averechts effect hebben. Maar voor het overige… volgde
ik bij Vasek vooral mijn gevoel. Ik keek naar zijn karakter, naar de dingen
waar hij positief en negatief op reageerde, naar zijn gewoonten en
eigenaardigheden en daar stemde ik mijn werkwijze op af. Bij een andere hond
had ik het misschien allemaal heel anders gedaan. Maar volgens mij is dat ook
precies wat belangrijk is: niet zomaar klakkeloos uitgaan van allerlei
theoretische modellen of praktische methoden van bekende hondengoeroes, maar
vooral ook kijken naar de behoeften en eigenschappen van het unieke individu
waar je mee te maken hebt. En als je slim bent, pluk je uit al die populaire –
al dan niet wetenschappelijk onderbouwde – verandertechnieken de onderdelen die
voor jou en jouw hond werken! Want het wiel opnieuw uitvinden, hoeft natuurlijk
ook weer niet. Bovendien snijden veel van die theorieën en methoden natuurlijk wel
hout. Er zijn alleen meerdere wegen die naar Rome leiden!
Vasek en zijn geliefde 'beestje': een onafscheidelijk duo |
Terug
naar het 'lijdend voorwerp' van al die theorieën en methoden: Vasek. :-) Na een
week of drie oefenen, spelen, plagen en aaien met de riem, lukte het me aardig om
de riem aan en weer af te doen. 'Aardig' werd zelfs 'goed', toen we samen een
vaste routine bedachten. Ik had een tijdje daarvoor een stevig speeltje voor Vasek
gekocht (omdat hij al zijn andere speeltjes sloopte), een soort worst die zijn
bekkie aardig vulde. En met zijn mond vol, was het lastig bijten. ;-) Dus
steeds als ik hem wilde aanlijnen, liet ik hem eerst zijn speeltje pakken. Dat
nam hij sowieso altijd graag mee als hij naar buiten ging, dus dat was zo
geleerd. Als hij zijn speeltje vasthad, lijnde ik hem aan. Na een paar keer,
pakte hij al uit zichzelf het speeltje (of 'zijn beestje' zoals we het altijd
noemen) als hij zag dat ik de riem vast had. Hij legt zo snel verbanden. Het is
echt een heel slim ventje! Het grote voordeel was overigens niet alleen dat hij
me op die manier niet kon bijten als ik hem aanlijnde. Het was vooral dat ik
door die wetenschap veel relaxter was als ik hem aanlijnde, waardoor ook hij er
steeds meer ontspannen op ging reageren en het niet lang daarna echt geen 'big
deal' meer was. Aanlijnen werd al snel een eitje. :-) De riem afdoen hebben we
op vergelijkbare manier aangepakt. Het was me tegen die tijd wel duidelijk dat
Vasek erg snel leerde en goed reageerde op vaste routines. Als ik hem
terugzette in zijn kennel kreeg hij dus steeds een Dentastix, zo'n knaagstaafje
voor zijn tanden. Maar wel pas nadat ik zijn riem had afgedaan. De eerste paar
keer was dat nog best een gedoe en duurde het misschien wel twintig minuten
voor ik eindelijk zijn riem af kon doen. Langzaam maar zeker viel bij Vasek
echter het kwartje. Eerst de riem af en dan pas lekkers. Tegenwoordig is ook
aflijnen dus geen probleem meer. Sterker nog, het is het enige moment waarop
het kleine ADHD-monster stilstaat. Wat hem betreft kan ik niet snel genoeg die
riem afdoen, zodat hij zijn staafje krijgt. :-)
Zou
het dan toch nog ooit een 'normale' hond worden? Of in elk geval eentje wiens
gebruiksaanwijzing op 1 A4-tje past?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten